Bijzondere lokale omstandigheden (Wkb)
Deze pagina is bedoeld voor kwaliteitsborgers
Bij het bouwen onder kwaliteitsborging moet altijd rekening worden gehouden met specifieke lokale omstandigheden of risico’s. Deze vormen het uitgangspunt voor de risicobeoordeling en het borgingsplan. De gemeente stelt de kwaliteitsborger verplicht om hier nadrukkelijk aandacht aan te besteden.
Bijzondere lokale omstandigheden in Midden-Delfland
Hieronder leest u met welke lokale aandachtspunten u rekening moet houden bij uw bouwproject binnen onze gemeente.
1. Bodemwarmte interferentie zone
Bodemenergiesystemen die op korte afstand van elkaar worden geplaatst kunnen invloed hebben op de temperatuur van de ondergrond bij de 'buur-systemen'. Hierdoor kunnen bodemenergiesystemen die op korte afstand van elkaar (+/-150 m) worden geplaatst, elkaar positief of negatief beïnvloeden. Een kaart van alle geregistreerde bodemenergiessytemen is te vinden via www.wkotool.nl
Meer over Bodemenergie in Midden-Delfland is te lezen op Bodemenergie | Gemeente Midden-Delfland (middendelfland.nl)
2. Bouwen nabij monument/bouwval
Funderen bij monumenten
Funderingen en damwanden nabij rijks- en gemeentelijke monumenten moeten trilling vrij worden aangebracht.
Funderen nabij bouwvallige bouwwerken
Bij panden waarbij zichtbaar de integriteit in twijfel kan worden getrokken dienen maatregelen te worden genomen om schade en verder verval tegen te gaan.
Dit geldt voor het gehele grondgebied van de gemeente Midden-Delfland.
3. Bouwen op, in op nabij een dijklichaam
Binnen een dijklichaam mogen geen heipalen worden toegepast, mag niet worden geboord of onderkelderd.
Funderen en het aanbrengen van damwanden in waterkeringen vraagt extra aandacht. Door het Hoogheemraadschap van Delfland moet hiervoor toestemming worden gegeven.
4. Draagkracht bodem
In de Gemeente Midden-Delfland is de bodemopbouw grillig van structuur door onder andere de aanwezigheid van oude stroomgeulen. De draagkrachtige lagen bevinden zich op verschillende diepten. In het gehele gebied is sprake van “negatieve kleef”. De kans op verschillende watervoerende lagen is aanzienlijk met alle gevolgen van dien zoals welvorming, kortsluiting tussen de watervoerende lagen en dergelijke;
Om de juiste keuze van funderingsconstructie te maken is altijd grondmechanisch onderzoek en deskundig funderingsadvies noodzakelijk.
Aandachtspunten voor het constructief ontwerp:
Grondmechanisch onderzoek
Benodigde aantal sonderingen:
- In principe wordt de lijn van de NEN-EN 1997 gevolgd.
- Voor een vrijstaande woning tenminste 2 sonderingen
- Voor een aan- of uitbouw tenminste 1 sondering
Funderingsadvies / berekeningen
Doordat er sprake is van negatieve kleef moet er altijd met negatieve kleef langs de gehele paalschacht worden gerekend tot aan het niveau waar de positieve kleef begint. Ook dient rekening te worden gehouden met eventuele bovenbelasting op het maaiveld.
Funderingspalen
In principe worden alleen funderingspalen toegestaan waarvan de paal-classificatoren zijn bepaald.
Voor funderingspalen zonder deze classificatie dient aanvullend onderzoek op de bouwlocatie plaats te vinden. Indien dit aan de orde is, betreft dit een gelijkwaardige constructieve oplossing en valt het gehele bouwplan niet meer onder het stelsel van kwaliteitsborging.
Trekpalen
Toegepaste trekpalen moeten uit één geheel bestaan. Koppelingen (koppelpalen) zijn niet toegestaan,
Bestaande heipalen
Het trekken van heipalen is niet toegestaan.
Hergebruik bestaande funderingen
Bij hergebruik van bestaande funderingspalen en bestaande funderingen dienen de huidige normen te worden toegepast. Dit betekent herberekening van de fundering en het paaldraagvermogen.
Windbelasting
Voor het gehele gebied van Midden-Delfland geldt “windgebied 2 onbebouwd”.
5. Gasleidingen (Gasunie)
Bij bouwwerkzaamheden in de nabijheid van een gasleiding moeten extra bouwkundige maatregelen worden getroffen. In het omgevingsplan (in wording) zijn daarover regels opgenomen, in Gemeente Midden-Delfland worden deze gebieden aangegeven met: ‘Leiding – Gas’.
In beginsel mogen daar geen zeer gevoelige objecten worden gerealiseerd. Er kan onder voorwaarden worden afgeweken met een omgevingsvergunning, daarvoor moet advies worden ingewonnen bij de leidingbeheerder (Gasunie).
6. Geluid, gevel geluidwerendheid
De waarde van geluid op de gevel van geluidsgevoelige gebouwen mag bij (vervangende) nieuwbouw niet hoger zijn dan de daarvoor geldende grenswaarde.
De aanvaardbaarheid van geluid moet bepaald worden tussen de standaardwaarde (voorheen voorkeurswaarde) en grenswaarde (voorheen maximale ontheffingswaarde). Hierbinnen dienen alle geluidsbronnen gezamenlijk te worden beoordeeld. In het afwegingsgebied is ruimte om maatregelen te nemen om de waarde van geluid te reduceren.
Maatregelen moéten genomen worden als deze in alle redelijkheid tot de mogelijkheden behoren en financieel haalbaar zijn. Geluidaandachtsgebieden vragen altijd om een toetsing van de aanvaardbaarheid van het geluidniveau.
Geluid in de Omgevingswet – dit verandert er | Informatiepunt Leefomgeving (iplo.nl)
Geluidskaart Midden-Delfland | Gemeente Midden-Delfland (middendelfland.nl)
7. Hoogspanningsmasten
Bij bouwwerkzaamheden in de nabijheid van een hoogspanningsmast moeten extra bouwkundige maatregelen worden getroffen. In het omgevingsplan (in wording) zijn daarover regels opgenomen, in Gemeente Midden-Delfland worden deze gebieden aangegeven met:
‘Leiding – Hoogspanningsverbinding’ – (eventueel met nummer)’
8. Veiligheidszones
Op www.atlasleefomgeving.nl/kaarten vindt u meer informatie over de veiligheidsinformatie.
9. Luchtverkeer
Bij bouwwerkzaamheden in de nabijheid van aanvliegroutes moeten extra bouwkundige maatregelen worden getroffen. In het omgevingsplan (in wording) zijn daarover regels opgenomen. Ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone' (met nummer) geldt dat ten behoeve van het toetsingsvlak van de communicatie-, navigatie- of surveillanceapparatuur van LVNL de bouwhoogte van een bouwwerk in geen enkel opzicht meer mag bedragen dan de in de regels genoemde hoogte.
10. Molenbiotoop
Bij bouwwerkzaamheden in de nabijheid van molens moeten extra bouwkundige maatregelen worden getroffen. In het omgevingsplan (in wording) zijn daarover regels opgenomen.
Zowel in het buitengebied als in de woonkernen is dit genoemd als: 'Vrijwaringszone - molenbiotoop' (met nummer). In beginsel moet openheid met het oog op een vrije windvang van de molen worden gehandhaafd.
11. Waterstaatsgebieden (Waterstaatkundige functie, Waterkering, waterbergingsgebied)
Met de komst van de Omgevingswet staan de regels van Hoogheemraadschap van Delfland in de waterschapsverordening: www.hhdelfland.nl/over-ons/beleid/verordening; voor die datum stonden die regels in de Keur en de Delflandse Algemene Regels.
Als initiatiefnemer kunt u vanaf 1 januari 2024 de Handreiking Weging Waterbelang raadplegen om te bepalen met welke wateraspecten u rekening moet houden.
Uitbreiding van het bebouwd oppervlak mag niet plaatsvinden zonder dat het waterschap hier goedkeuring voor heeft gegeven.